Egel
De egel heeft graag een leefomgeving met voldoende beschutting en mogelijkheden om te foerageren. Onze camera’s zijn recent pas geplaatst waardoor we nog niet veel beelden hebben. Kom binnenkort terug voor meer beelden van de egel op het Radboud terrein!
Bekijk hier de andere dieren op het terrein.
Kenmerken:
van de egel
Als je een egel ziet, hoef je niet te twijfelen: de stekels op zijn rug en de bovenzijde van zijn lijf zijn onmiskenbaar. Als gevaar dreigt, trekt de egel een kringspier samen en rolt zich op tot een stekelige bal.
Een egel maakt allerlei geluiden. Hij kan snurken, snuiven, snuffelen en smakken.
Egels zijn nachtdieren. Overdag slapen ze in goed verstopte nestjes van bladeren. Bijvoorbeeld onder takkenbossen of braamstruiken. Ze houden een winterslaap van november/december tot april/mei, waarbij hun lichaamstemperatuur van ongeveer 35 graden naar ongeveer 10 graden daalt.
Voortplanting:
Egels leven solitair en vormen geen vaste paartjes. Ze hebben een min of meer vast leefgebied, maar er is geen sprake van een territorium dat ze verdedigen. Een nest voor de jongen ligt op een goed verborgen plek, zoals in een compost-, takken- of puinhoop.
De paartijd van egels is vrij lang: van mei tot en met augustus. Het paringsritueel verloopt niet snel. Het kan lang duren voor een vrouwtje het mannetje toelaat en haar stekels plat legt voor de paring. De draagtijd is ongeveer 5 weken en een vrouwtje werpt dan tussen de 2 en 10 jong egeltjes. De jongen zijn dan nog onbehaard en blind. Na een paar uur verschijnen echter witte stekels. Binnen enkele weken worden deze vervangen door een tweede en derde generatie bruin-crème-kleurige stekels. Die stekels blijven ongeveer 18 maanden zitten voordat ze geleidelijk vervangen worden. Na twee weken gaan de oogjes en oortjes open. Moederegel zorgt alleen voor de jongen en na een week of drie gaan ze ’s nachts met haar mee op pad. Na een week of 6 zijn de jongen zelfstandig. Ze blijven dan wel nog bij elkaar om samen te overwinteren in het nest waarin ze zijn geboren. Het vrouwtje maakt voor haarzelf dan een nieuw winternest.
Voedsel:
Egels gebruiken hun goede reukvermogen en gehoor om kevers, rupsen, regenwormen, oorwurmen, slakken en bessen op te sporen. Ze eten ook huisjesslakken, waarbij ze het huisje ook op eten. Soms eten ze eieren.
Relatie
met de mens
Egels zijn insecteneters die gebaat zijn bij een “rommelige” omgeving met voldoende schuilplaatsen. Daardoor zijn egels ook regelmatig in tuinen te spotten. Egels profiteren dan ook van mensen. En mensen profiteren van egels, omdat ze slakken, kevers en rupsen eten. Jammer genoeg vinden egels door het verstenen en omheinen van tuinen minder snel een geschikte schuilplaats. Daarnaast zijn egels helaas een van de talrijkste verkeersslachtoffers onder de zoogdieren. Dat komt omdat ze niet vluchten, maar zich oprollen tot de kenmerkende stekelige bal als er gevaar dreigt.
Geef een egel geen melk, dat is slecht voor zijn gezondheid.
3 weetjes over
de egel
- Een volwassen egel heeft ongeveer 7000 – 8000 stekels van 2 tot 3 cm lang.
- Een stekel gaat ongeveer een jaar mee, waarna hij uitvalt en wordt vervangen.
- Egels kunnen een snelheid van 2 meter/seconde halen.
Ontdek Tapijn
Er is nog veel meer te zien en te doen in Tapijn. Wil je weten wat op welke plekken zoal te gluren valt? Kijk dan eens rond op onze interactieve kaart.