Bosuil
Toelichting
Je hoort hem vaker dan dat je hem ziet: de bosuil. Al verschillende keren is het onheilspellend klinkende oehoee op Tapijn te horen geweest, maar nog nooit heeft iemand hem gezien. Bosuilen vallen niet op. Het zijn echte nachtvogels en ze vliegen geruisloos. Overdag slapen ze in een holle boom of verschuilen ze zich op een tak tussen dicht gebladerte. Ze worden dan alleen opgemerkt als andere zangvogels alarm slaan.
Soms vind je braakballen onder de boom waarin ze hun vaste roestplaats hebben. Wie op zoek gaat naar een bosuil, moet het vaak van deze tekenen van hun aanwezigheid hebben.
Relatie met de mens
Waarom we doen wat we doen
Tegenwoordig huist in ieder stadspark of begraafplaats wel een bosuil. Overal waar oude bomen staan, kan een bosuil zijn intrek nemen. Zelfs in tuinen met oude bomen kan hij gaan broeden. Hoewel de bosuil een echte bosvogel is, vindt hij het geen probleem als dat bos zich midden in de stad bevindt. Lange tijd was het een raadsel of de bosuil die op Tapijn gehoord werd, daar ook een nest had. Maar nu gaan er geruchten dat het geluid van piepende jongen is gehoord, op de muur vlakbij Tapijn.
Daarom hebben wij voor een uilenkast gezorgd. Je ziet hem in de boom rechts van de lantarenpaal (met bordje eraan), bovenop de muur tegenover je. Een boombeeld staat wat naar rechts, tussen het pad en de muur in. Het is gemaakt door Roel van Wijlick.
Met de kop “Woedende bosuil” haalde in 1960 een broedende bosuil de krant: de uil zou verschillende Maastrichtenaren die ’s avonds in het park wandelden hebben aangevallen. “Drie personen raakten lichtgewond”, zo berichtte de Limburger. Je bent dus gewaarschuwd!