Kleine beestjes
Toelichting
Mieren, duizendpoten, rupsen, kevers en spinnen, lieveheersbeestjes, muggen, pissebedden en wormen. De wereld om ons heen is bevolkt door allerlei kleine beestjes. Meestal zien we ze niet. Ze leven verborgen onder de grond, in het water, of in het groen om ons heen. Doorgaans zijn we ons amper bewust van hun bestaan. Ongemerkt spelen ze wel een grote rol in de natuurlijke kringloop van het leven. Ze zijn onmisbaar als voedsel voor kleine zoogdieren en vogels. In de bodem zetten ze dode plantenresten om in bouwstoffen voor andere planten. Allemaal hebben ze een belangrijke rol in de natuur. Dit boombeeld maakt ze zichtbaar. Hoeveel soorten zijn hier eigenlijk te zien?
Relatie met de mens
Waarom we doen wat we doen
We houden meestal niet zo van al die kleine beestjes. Ze steken, ze prikken en ze bijten. Als we er niet vies van zijn, dan zijn we er wel bang voor, maar insecten en andere kleine beestjes kunnen doorgaans op weinig sympathie van ons rekenen. We proberen al die kriebelbeestjes, mieren en rupsen met chemische middelen te bestrijden. Maar langzamerhand dringt het besef door dat we met die middelen niet alleen de schadelijke beestjes uitroeien, maar dat wij zelf als mensen hiermee wel eens op de koffie kunnen komen. Want hoe ziet de wereld er straks uit als vogels geen insecten meer vinden? Wat gebeurt er als jonge vogeltjes gevoed worden met vergiftigde rupsjes? En hoe is de mens er aan toe als er geen bijen meer zijn om onze voedselplanten te bestuiven?
Alle spinnen die hier voorkomen zijn niet gevaarlijk. Ze zijn juist nuttig, want ze ruimen op een natuurlijke wijze veel insecten op.
